In de gemeentekrant, Blik op Barendrecht (als los katern te vinden in de Schakel) van 26 februari 2009 een column van CDA-raadslid Klaas Groenendijk. Heeft u zijn column gemist? Lees hem dan hier!
Je kent als raadslid je beperkingen. Niet alles wordt lokaal bepaald, in tegendeel. Provincie en rijksoverheid spelen een belangrijke rol. Die beperken de ‘macht’ van de raad. De CO2-discussie is daar een goed voorbeeld van. Vorige week waren er bijna duizend mensen op één avond naar Het Kruispunt en het Gemeentehuis gekomen. Veel media-aandacht, veel bezorgde mensen. Shell zegt enkele dagen later volgens het AD Rotterdams Dagblad: ,,Shell zet het plan stop als er over een paar maanden nog steeds weinig draagvlak is onder de bevolking voor CO2-opslag in dit dichtbevolkte gebied." Juiste conclusie lijkt me. Naar bewoners moeten niet alleen de gekozen raadsleden luisteren. Ook bedrijven met een grote maatschappelijke verantwoordelijkheid en zeker de minister moeten luisteren naar de stem van het volk. Mijn voorspelling: Shell loopt de hele procedure door en heeft dan veel geleerd van de proef. Vervolgens besluit Shell en/of de minister dat de CO2 niet wordt opgeslagen in Barendrecht. Dat lijkt me dan persoonlijk een goede beslissing, die een einde zal maken aan een periode van stevige onrust onder de Barendrechtse bevolking.
Een andere ‘blik op Barendrecht’, die kreeg ik vanaf het moment dat ik in maart 2006 aantrad als raadslid van de CDA-fractie. Vanaf dat moment ging ik toch anders naar zaken kijken. Je wordt boos als je ziet dat de gemeente iets niet goed doet en je wordt verdrietig als je ziet dat het een rommel is bij een milieupark, of als er sprake is van vernielingen. Maar je bent ook wel een beetje trots als je ziet hoe prima andere zaken geregeld zijn. Hoe mooi een aantal wijken er uit ziet. Je bent er ook tevreden over als er iets moois wordt gerealiseerd, zoals het nieuwe complex van een sportvereniging. Je baalt dan ook weer als een aannemer in opdracht van de gemeente zijn werk niet goed doet op die sportvelden.
Wanneer je met ondernemers in gesprek bent, dan probeer je toch uit te vinden of men van de gemeente krijgt wat men verwacht en je waardeert het lef van ondernemers die hebben geïnvesteerd in forse bedrijfspanden op de Vaanparken en op de AGF-clusters van Bedrijventerrein-Oost.
Je stopt toch een keer extra bij het Middeldijkerplein als je gehoord hebt van de overlast en je rijdt ‘s avonds nog even langs plekken waar klachten zijn over overlast. Je praat er over met bewoners en je kaart het aan bij de gemeente. Je spreekt een wethouder of de burgemeester formeel of informeel aan als je denkt dat iets extra aandacht nodig heeft. Zo probeer je iets te doen met de verantwoordelijkheid die je op je hebt genomen. Kost wat tijd, maar het geeft veel voldoening!