Nota Reserves & Voorzieningen 2007

Maandag 29 oktober 2007 stond de nota reserves en voorzieningen op de agenda van de raad. Ons werd gevraagd deze nota vast te stellen en in te stemmen met 15 voorstellen.

Allereerst zijn we blij te constateren dat de reservepositie goed is. We krijgen de risico’s steeds meer inzichtelijk en worden er maatregelen getroffen om het risico te beheersen. Hoe beter wij de risico’s inzichtelijk hebben, hoe beter het weerstandsvermogen daarop afgestemd kan worden.

In de commissie Planning & controle van 9 oktober 2007 hebben we uitgebreid stilgestaan bij de concept- Nota Reserves & Voorzieningen 2007. Hier is onder andere de een opmerking gemaakt over het weerstandsvermogen.
De commissie was van mening om een eventuele hogere waarde van het weerstandsvermogen pas is 2008 over te hevelen naar de reserve grondbedrijf. Blijkbaar gaf de motie hierover uit 2006 wat verwarring. Door middel van een amendement is het volgende vastgesteld: "De weerstandsratio in 2008 en 2010 bij de behandeling van de nota reserves en voorzieningen heroverwegen en op dat moment eventueel tot overboeking van overtollige middelen besluiten"

Conform het amendement van 30 oktober 2006 wordt het jaarresultaat over 2006 overgeheveld van de algemene reserve naar het reserve grondbedrijf. Er waren ideeën om een deel te bestemmen voor de bestemmingsreserve Volkshuisvesting, maar dit kreeg geen meerderheid in de raad. Mede doordat de wethouder aangaf met de reeds gevormde reserve uit de voeten te kunnen.

Naast deze nota Reserves & Voorzieningen loopt de discussie over de voeding en besteding van de reserve Grondbedrijf. Na het vaststellen van deze nota lijkt de bestemmingsreserve rond de miljoen groot te zijn. Zonder de discussie over de voeding en besteding van de reserve Grondbedrijf maakt het wat ons betreft niet zoveel uit of het geld nu in de algemene reserve of in het reserve grondbedrijf zit. Op het moment dat er bijvoorbeeld geld nodig is voor het verwerven van strategische gronden voor bijvoorbeeld de Zuidpolder en het reserve in het grondbedrijf is niet toereikend, dan verwachten we een voorstel van het college, waar we dan als raad separaat naar moeten kijken.

Tijdens de commissievergadering is ook uitgebreid gesproken over de termen bestemmingsreserve en voorzieningen. Met name de bestemmingsreserve “verzelfstandiging Openbaar Onderwijs” en de voorziening Zuidpolder lijken niet te voldoen aan de criteria. (Onder een bestemmingsreserve wordt verstaan een reserve, waaraan door de gemeenteraad een bepaalde bestemming is gegeven. Indien gelden worden ontvangen, waarvan de besteding geoormerkt is, dat wil zeggen dat de middelen moeten worden teruggegeven als ze niet aan het specifieke doel waarvoor ze zijn geheven, worden uitgegeven, dan vallen deze middelen onder de voorzieningen.)
De wethouder heeft toegezegd hierover met ons in een oriënterende vergadering verder van gedachte te willen wisselen. Ik juich dit toe, omdat we anders jaarlijks deze discussie over moeten doen.

Wij hebben de nota reserves en voorzieningen kunnen vaststellen en in kunnen instemmen met de 15 voorstellen.